Jazzclub Nieuw & Diep – Kleine Zaal Theater De Kampanje
Het was inschikken zondag bij Jazzclub Nieuw & Diep in de Kleine Zaal van De Kampanje. Gelukkig hoefde er niet uitgeweken te worden naar een grotere locatie, want de muziek van harmonicavirtuoos Hermine Deurloo en haar partner van de dag, de geboren Cubaanse meesterpianist Ramón Valle is geknipt voor deze zaal, die echte intimiteit en warmte biedt. Het concert van het duo kon zo uitgroeien tot een waar muzikaal feest, waarin zowel musici als publiek volledig aan hun trekken kwamen.
De chromatische mondharmonica wordt niet veel bespeeld en daarom zou je er al gauw mee kunnen uitgroeien tot ‘Koning Eénoog’, maar dat is bij Deurloo niet aan de orde. Ze wordt internationaal terecht gezien als de waardige troonopvolger van wijlen koning Toots Thielemans, toch met voorsprong de meest gerenommeerde bespeler ooit van het instrument. Persoonlijk zag ik een beetje op tegen dit optreden omdat ik niet zo’n liefhebber ben van dit type mondorgel. Ik vind het geluid gauw wollig en weeïg worden en een heel concert leek mij slaapverwekkend. Misschien heb ik te vaak Turks Fruit gezien. Maar gelukkig viel het allemaal heel erg mee, sterker nog, ook ik werd net als de rest van het publiek volledig meegenomen in het hartverwarmende muzikale verhaal dat beiden ons voorschotelden.
Na enige uitleg over haar instrument gaf Hermine Ramón ruimte voor een royaal intro van diens eigen compositie ‘Principe Enano’, waarna de harmonica de melodie overnam en beiden afwisselend in lyrische lijnen improviseerden. In het volgende stuk ‘Strange Meeting’ van gitarist Bill Frisell kon Deurloo heerlijk loos gaan op een langdurig herhaald pianopatroon met gestapeld, oplopende akkoorden van Valle. Deurloo speelt schijnbaar moeiteloos lange, vloeiende en soms meanderende notenreeksen, om soms plotseling met een groot interval van laag naar hoog te verrassen. Leuk was dat beiden afwisselend de songs aankondigden, in een soms amusante ‘houtjes touwtjes mix’ van Spaans, Engels en Nederlands. Dit versterkte de toch al intieme sfeer, zodat het steeds meer weg kreeg van een huiskameroptreden. En zo mochten er ook foutjes gemaakt worden, zoals bij een mislukt intro, die lachend over werd gedaan.
Hermine bleek behalve van Bill Frisell ook een grote fan te zijn van de legendarische jazzrock bassist Jaco Pastorius, toen ze diens ‘Three Views Of A Secret’ aankondigde, ooit door Pastorius’ World Of Mouth Orkest vertolkt met een solo van, jawel, Toots.
De eerste set werd afgesloten met een klassieker van Valle, ‘Levitando’. Dit fraaie stuk staat vrijwel altijd op zijn speellijst, zoals ook tijdens Jazz At The Dockyard 2024, toen hij het samen met trompettiste Maite Hontelé ten gehore bracht. Meestal gebruikt hij dit nummer om in de finale het publiek op te zwepen tot jubelende koorzang. Deze keer echter niet. Het werd een prachtige, beheerste uitvoering, waarbij de aanzet tot het bevrijdende chorus subtiel werd opgebouwd met fraaie langs en door elkaar heen kringelende notenlijnen van de piano en de harmonica, als twee vlinders op liefdesvlucht.
Na de pauze opende het duo met ‘Je Ne Sais Quoi’ van Enrice Pieranunzi’. Een dromerig liedje met een heel fraaie, ingetogen harmonicapartij van Deurloo. Een hoogtepunt was het volgende stuk, getiteld ‘Antics’, door Hermine vertaalt als Kattenkwaad. Het is geschreven door een Britse pianist, Gwilym Sicmcock. Kattenkwaad bleek een spannende compositie met snelle maat en tempowisselingen en veel breaks met strak unisono gespeelde riffs, met flinke intervallen van beiden. Hermine en Ramón spelen nog niet zo veel samen en ik had de mazzel om ze dit complexe stuk tijdens de soundcheck te horen repeteren. Dat kostte best flink wat reprises, dus het was fantastisch, dat ze het helemaal foutloos tot een glorieus strak eind konden brengen. Ze leken er ook enorm plezier in te hebben toen ze elkaar een high five gaven. Misschien was het ook een beetje een gevoel van opluchting.
De inspiratiebronnen van beide musici zijn heel verscheiden, hetgeen de variatie van hun selectie behoorlijk ten goede kwam. Zo kondigde Hermine ook een compositie aan van Antonio Carlos Jobin, de grote Braziliaanse auteur van onnoemelijk veel songs. De titel ‘Retrato em Branco e Preto’ had iets te maken met een zwart-witfoto, maar het werd prachtig gespeeld. Hermine speelde hierna een eigen stuk, opgedragen aan een overleden neef. ‘So Long Redhead’, een mooi melancholisch eerbetoon.
De grote held van de kleine Cubaan Ramón Valle is de Amerikaanse pianist Keith Jarrett. Na een gepassioneerde introductie zette de pianomaestro zich achter het klavier om een zinderende uitvoering te geven van zijn eigen ‘Tribute To Keith Jarrett’. Wat een power in die linkerhand! Het ivoor werd gegeseld met donderende power chords, die de melodische opbouw van de rechterhand stuwend ondersteunden. Dat leidde tot een adembenemende apotheose in een basso ostinato van slechts drie noten, die in een snelle cadans een fantastisch vraag en antwoordspel, pro- en contrapuntisch van piano en harmonica. Pffttt! Geweldig gespeeld, dat mag gezegd zijn.
Met een Afrikaans kinderliedje van Abdullah Ibrahim, ‘Whoza Mtwana’, werd het concert afgesloten. Het had niet misstaan in de soundtrack van The Lion King! Het publiek had met volle teugen genoten van dit heerlijke, vrolijke, warme, grappige en vooral uitzonderlijk mooie optreden. Uiteraard kwam er een toegift, en dat kon alleen maar Toots ‘Bluesette zijn.